Zolang ik me kan herinneren ben ik een zoetekauw, tijdens mijn reizen door Zweden genoot ik daarom met volle teugen van de lokale kaneelbroodjes. Deze eet je heerlijk tijdens een relaxmomentje met een kop koffie of thee. Of het nou een zomerse ochtend is of een winterse na-middag, een kaneelbroodje, of wel Kanelbullar, is altijd een goed idee. Belangrijk ingrediënt is natuurlijk de kaneel, maar ook zit er bijvoorbeeld kardemom in het deeg, wat bij de Amerikaanse cinnamon rolls niet het geval is. Het hele recept voor de beste Zweedse kaneelbroodjes lees je hier.

Recept voor Zweedse kaneelbroodjes


Zweden is het land van de naaldbossen, de Sami, elanden, meren en eindeloze wegen. Typisch Zweeds zijn de vele visgerechten, wildkamperen, rode huizen, sneeuw, hippe steden en Kanelbulle met koffie. Hoe het precies ontstaan is, is mij niet bekend maar wel dat het moment om een kaneelbroodje te eten Fika wordt genoemd. Even een ontspannen rustmomentje midden op de dag. De kaneelbroodjes zul je ook veel in andere Scandinavische landen en in Denemarken tegenkomen. Ook in Nederland zie je ze bij steeds meer bakkers liggen. Zelf aan de slag in de keuken? Dit is het recept voor Zweedse kaneelbroodjes.

➞ Bekijk rondreis door Zweeds Lapland
➞ Koop het kookboek Reishonger


Deze ingrediënten heb je nodig:

Voor het deeg van 10 kaneelbroodjes:

  • 400 gram bloem
  • 60 gram ongezouten roomboter
  • 130 ml melk
  • 40 gram kristalsuiker
  • 10 gram instant gist
  • 1 theelepel kardemom gemalen
  • Snuf zout

Voor de vulling:

  • 60 gram roomboter zonder zout
  • 60 gram basterdsuiker
  • 1 goede eetlepel kaneelpoeder

Voor de topping van de broodjes (optioneel):

  • 1 losgeklopt ei
  • Parelsuiker als extra topping

recept-kaneelbroodje

kaneelbroodjes-Zweden

recept-Zweedse-kaneelbroodjes

recept-Kanelbullar

Recept Zweedse kaneelbroodjes

► Zorg dat je ingrediënten zoals boter en de melk op kamertemperatuur hebt. Het deeg moet minimaal een uur rijzen. Wat je nodig hebt zijn een kom, een deegroller, schone theedoek, een oven en bakpapier.

► Om het deeg te maken doe je de roomboter, de melk, suiker en het gist in een (ruime) kom en meng je even kort. Dan voeg je de bloem, kardemom en zout ook toe. Meng met je handen het geel in ongeveer vijf minuten tot een glad deeg. Kneed het in een balvorm en dek de kom af met een vochtige theedoek. Dit laat je één uur rijzen.

► Ondertussen kun je vast de basterdsuiker en het kaneel mengen met de roomboter voor de vulling.

► De volgende stap is om het deeg uit te rollen. Maak je aanrecht goed schoon en droog, en gebruik wat extra bloem om de deegbal uit te rollen. Probeer hier een rechthoekig vlak (bijvoorbeeld 25 x 35 cm) van te maken zodat je lange plakken kunt snijden. Je kunt ongeveer 2 centimeter aanhouden voor de breedte. Breder kan ook dat je ze na het rollen in stukken snijd. De lange stukken deeg kun je alvast op een bakplaat met bakpapier leggen. Daarna smeer je de vulling er op. Nu kun je het deeg op gaan rollen! Eventueel kun je er een vlecht van maken en in een bol vouwen, maar dit is wat ingewikkelder.

► Helaas kunnen de broodjes de oven nog niet in. Deze moeten namelijk eerst nog dertig moeten rusten onder een vochtige theedoek.

► Daarna kunnen de broodjes bijna de oven in. Zet deze alvast op 220 graden. Smeer de broodjes  in met het opgeklopte ei en besprenkel met de parelsuiker. Bak dan de broodjes in tien tot twaalf minuten gaar. Na enkele minuten begint de keuken al heerlijk te ruiken. De kaneelbroodjes zijn het lekkerst om te eten als ze nog warm zijn.


Dat was het recept voor de Zweedse kaneelbroodjes. De voorbereiding duurt het langst, maar verder is het niet moeilijk om te maken. Door alleen al de geur waan je je weer even in Zweden!